donderdag 10 november 2011

Het roer moet om

De afgelopen weken weer veel nagedacht over mijn zwemmen en dan vooral over wedstrijdzwemmen. Moet ik hier mee doorgaan nu mijn tijden mijlenver verwijderd zijn van de tijden die ik ooit zwom, nog niet eens zo lang geleden trouwens. Moet ik nog trainen voor een WMK of een EMK om dan weer in de achterhoede te belanden, waar ik ooit begon.
En dan opeens is er bericht dat een lotgenote uitbehandeld is. Misschien zijn haar nog een paar dagen gegeven. Misschien overlijdt ze vannacht nog.
32 Jaar. Ik heb een dochter van 30 jaar. Ze is zwanger. En opeens bekruipt mij een grote angst. Ooit heb ik kinderen gewild. Ik kreeg er twee. Twee gezonde kinderen. Zoals die andere ouders die twee gezonde kinderen kregen. Tot drie jaar geleden. Toen kreeg één van hen, mijn lotgenote, de diagnose ongeneeslijke longkanker. Wie garandeert mij dat mijn kinderen gezond oud zullen worden. Wie garandeert mij dat mijn komend(e) kleinkind(eren) gezond oud zullen worden.
Met het vervullen van mijn kinderwens heb ik een lijn voortgezet. Mijn dochter zet die nu voort en misschien later ook mijn zoon. Ik weet niet of allen die uit die lijn geboren zijn of worden een gelukkig en gezond leven beschoren is. Ik kan dat alleen maar uit het diepst van hart wensen.
Ik leef, ik zwem en heb gezonde kinderen en straks een kleinkind. Ik ga mij niet meer druk maken om zwemtijden. Het geluk en de gezondheid van mijn kinderen en hun kinderen is voor mij vele malen belangrijker.

Geen opmerkingen: