vrijdag 23 september 2011

Het houdt je wel bezig

Afgelopen vrijdag even naar de longverpleegkundige geweest. Ik werd gek van al die pufjes verdeeld over een dag. Het geeft de dag natuurlijk wel structuur, maar wat als je net iets langer in je bed ligt of, wat soms ook voorkomt, net iets vroeger eruit moet. Dan loopt mijn hele schema in de war. Of ik was in het zwembad en bleek ik het pufapparaat vergeten mee te nemen. Of ik was het niet vergeten, maar lag ik op de tijd dat ik zou moeten puffen in het water. Enz. enz.
Gelukkig is er nu een duidelijk schema. De onbrez doe ik nu 's morgens om 09.00 uur. 10 min daarna de Alvesco die ik in plaats van tweemaal daags ook direct achter elkaar 2x mag nemen. De spiriva 's middags om 17.00 uur en dan voor het sporten de salbutamol zonodig 1 of 2 pufjes. Dat heb ik nu op papier meegekregen dus kan het niet meer vergeten.
Daarnaast in plaats van zo'n grote aerochamber voor de salbutamol een handig apparaatje meegekregen voor bij de wedstrijden. Past in de zak van mijn badjas of sportbroek en dus makkelijk mee te nemen naar de start om daar zonodig nog een pufje te kunnen nemen. (Let op dat optimistische "zonodig", natuurlijk is het nodig)
Ik geniet nog met volle teugen van mijn nieuwe fiets. Mijn nog heel goede oude fiets geef ik nu aan mijn vriendin met wie ik ook altijd fietstochten maakte en nu weer kan maken. Zie ik mijn fiets nog regelmatig terug.

donderdag 15 september 2011

Eerst erkennen dan genieten

Vandaag neuriënd op de fiets. Ik voelde mij gelukkig en ik genoot (dat gaat meestal samen). Ik kon genieten omdat ik erkend heb dat ik deze fiets nodig heb. Erkennen is een woord wat een zwemmaatje inbracht in plaats van accepteren. Het woord erkennen bevalt mij beter. In mijn vorige blog zei ik al dat accepteren een werkwoord is en dat je daar aan moet blijven werken. Nu kan ik niet èn accepteren èn fietsen èn genieten èn gelukkig zijn tegelijkertijd. Dan word ik toch nog moe. Erkennen is veel makkelijker. Het is een feit dat ik minder kan of ik dat nu wel accepteer of niet of nog niet. Erkennen verplicht mij niet tot accepteren. Dat kan ik uitstellen tot later.

woensdag 14 september 2011

Niet eigenwijs zijn

Hoe hoog moet het zadel?
Het overhandigen van de sleutels
Proefrit

Toen ik op hyves las dat Monique haar elektrische fiets wilde verkopen dacht ik: Dit is een teken. Nu moet ik er echt een aanschaffen en wel deze fiets. Op naar de polder dus om de fiets te bekijken. Tijdens een proefritje met zijn tweeën met een stevige wind tegen wist ik het al. Deze fiets wordt het.
Met een ferme handdruk werd de koop bezegeld, hoewel ik hem nog wel voor een week op proef mee naar huis kreeg.

Dinsdagmiddag met echtgenoot een fietstochtje gemaakt om de fiets nu echt uit te proberen. Naar Soesterberg, dat is uit en thuis zo'n 25 km en tijdens die tocht moeten er diverse heuvels van de categorie 1 bedwongen worden.
Met zo’n fiets moet je wel leren omgaan. In eerste instantie wilde ik, heel stoer, nog geen ondersteuning aanzetten. FOUT! Na drie kilometer kreeg ik pijn in mijn knie. En waarom heb ik een dergelijke fiets aangeschaft? Juist! Onder andere om pijn in mijn knieën te voorkomen. Eigenlijk was ik dus al te laat met hulp in te schakelen (let op de woordspeling). Maar goed, beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald dus het knopje ingedrukt. Komen wij bij de heuvels en ga ik uit alle macht trappen om omhoog te komen. De hulp van mijn fiets viel mij eigenlijk tegen. Enfin ik word moe, trap met minder kracht en zoef, daar ging ik omhoog. Ja, als je een fiets met trapondersteuning hebt en je gaat met heel veel kracht op die trappers staan dan denkt zo’n fiets ook bekijk het maar. Als je dan zonodig jezelf buiten adem wilt trappen moet je dat vooral doen. Ik moet nog wel even leren hulp, al is het dan van een fiets, te accepteren. Morgen ga ik het weer proberen.

zondag 11 september 2011

Accepteren, neerleggen bij of gewoon omdenken?

Na vijf jaar denk ik nu wel alle stadia doorlopen te hebben die horen "bij het verwerken van een ernstige gebeurtenis in je leven". De ontkenningsfase, hoewel er weinig te ontkennen viel. Een heel groot litteken van voor naar achteren (of van achteren naar voren, ik weet niet waar ze begonnen zijn) liet mij elke dag weer zien dat daar echt een grote operatie had plaatsgevonden. Maar toen ik de diagnose hoorde geloofde ik het niet en dat heb ik volgehouden tot na de operatie toen ik de uitslag kreeg. En ook toen nog zei ik dat ik dus geen longkanker had gehad want: "toen het er was kon het niet geconstateerd worden en toen het geconstateerd werd was het al weg".
Heel erg kwaad ben ik geweest. Had het gevoel dat het leven mij voor de zoveelste keer te pakken nam. Eindelijk werd ik goed in iets, zwemmen, werd het weer afgepakt.
Vervolgens kwam de fase van gewoon doorzetten, het komt allemaal wel weer goed. Gewoon hard trainen. Ik zal ze eens wat laten zien. Dat kon ik een klein jaartje volhouden en toen stortte ik in. Mijn prestatielijn ging loodrecht naar beneden.
Ik heb alles gehaald uit de verschillende fasen wat er maar uit te halen viel. Heb er ruim de tijd voor genomen en alle hulp gezocht en geaccepteerd die maar voorhanden was.
Nu ben ik dan eindelijk in het stadium van de acceptatie beland. Hoewel acceptatie? Is het niet meer dat ik mij heb neergelegd bij de feiten? Of is dat hetzelfde? Voor mijn gevoel niet. Ergens las ik dat acceptatie niet bestaat. Wel het werkwoord accepteren. Je moet er aan werken om om te kunnen gaan met wat niet meer gaat en te genieten van wat je nog kunt. En inderdaad, dat is hard werken, maar afgelopen zomer heb ik weer ouderwets genoten van lange afstandswedstrijden in open water.
Er is één ding wat ik de afgelopen vijf jaar wel gedaan heb door alle fasen heen. Knokken. Ik heb de nodige dippen gehad, maar ik ben nooit lang bij de pakken neer gaan zitten. Na periodes waarin ik niets kon heb ik altijd weer de draad opgepakt en heb ik altijd, met meer of minder succes, geprobeerd toch te genieten van wat ik deed.
En nu leg ik mij dus neer bij het feit dat ik ook geen grote fietstochten meer kan maken en ga ik over tot het aanschaffen van een fiets met trapondersteuning. Of ben ik nu toch bezig met het werkwoord accepteren?
Deze gedachten spoken op dit moment constant door mijn hoofd. Ik zoek antwoorden.
"Omdenken" kan soms zeer vermoeiend zijn.
Ik houd jullie op de hoogte van de uitkomst.

maandag 5 september 2011

Open Water Seizoen gesloten

Het wedstrijdveld

Vianen. Laatste wedstrijd van het seizoen al weer. Stralend weer. Watertemp 18 graden maar daar boven wel 25! Het was even zoeken hoe je als zwemmer vanuit het startgebied naar de overkant kon komen waar je je stoeltje neer kon zetten. Dat ging dus via een loopplank en een afstapje naar een boot en dan via nog een loopplank en nog een afstapje naar een vlonder en dan weer via een trapje omhoog naar de wal. Deze gang heb ik diverse maken in beide richtingen gemaakt met en zonder bagage en ik heb geen afstapje gemist. Dat was op zich al een prestatie. Op de foto zie je een gedeelte van deze hindernisbaan.Op de 1000 vrij startten de dames en heren tegelijk. De hele afstand kon ik in een behoorlijk tempo afleggen. Onderweg nog een man gepasseerd. Dat doet mij altijd goed. .Zeker als die nog een stuk jonger is ook. Bij de finish waren twee grote platen opgehangen met een kleine tussenruimte. En waar tik ik aan? Juist mijn aantikhand verdween in die kleine ruimte tussen de twee platen. De kamprechter vond dit knap gemikt van mij.Voor het volgende nummer hoefde ik mijn natte badpak niet te wisselen voor een droog. Voordat ik die hele route van start naar wal had afgelegd was dat al droog.
Dit is de finish met twee platen
Ook de 1000m school ging in een behoorlijk tempo.Hier startten de heren wel 5 min eerder dan de dames. Extra leuk dus dat ik ook hier weer een mannelijke veel jongere zwemmer inhaalde. De schoolslag ging als gebruikelijk maar iets langzamer dan de vrije slag. Op de schoolslag ben ik duidelijk minder achteruit gegaan dan op de borstcrawl. Wie kan mij daar een verklaring voor geven? Na deze wedstrijd sta ik nu in het vrijeslag klassement op de eerste plaats. Ik moest twee minuten goedmaken en dat werden er vier. Op de schoolslag stond ik al zover voor, dat ik niet meer ben in te halen.
Het was fijn weer zoveel wedstrijden te kunnen zwemmen dit seizoen.
Ik heb wel mijn grens ontdekt. Niet meer dan één dag per weekend naar een wedstrijd en de langere afstanden beperken tot 2km.
En  ook dit hoort erbij