zaterdag 27 maart 2010

Het was me het dagje wel

Vandaag de masterswedstrijd in ons eigen zwembad. Zeker de laatste dagen tot vanmorgen toe erg druk mee geweest. Dit gecombineerd met de antibiotica ter bestrijding van de ontstekingen in mijn longen zorgde voor slecht zwemmen. De 100 rug zat 4 sec boven mijn inschrijftijd, die ik al ruim genomen had. Wist niet eens dat ik zo langzaam kon zwemmen. Lukte beter dan wanneer ik als techniekoefening heel langzaam moet zwemmen. Er valt wel iets positiefs over deze afstand te vertellen. Met de start was ik als eerste weg. Dat is wel eens anders geweest.
Tijdens de 100 school besloot ik dat dit mijn laatste wedstrijd was. Dit vind zelfs ik niet meer leuk. Zwemcollega vond dat ik daar de tijd voor moest nemen om tot zo'n besluit te komen. Ik vond, gezien de uitslag van deze 100 meter, dat ik daar ruimschoots de tijd voor had genomen. Maar misschien moet ik er nog eens een nachtje of meer over nadenken.
Ach, als je haar maar goed zit. En dat zat het, nadat ik het gekamd had.
Na afloop naar huis. Ja dat dacht je. Blijkbaar heb ik de lichten van mijn auto laten branden, hoewel dat eigenlijk niet kan, want dan krijg je een waarschuwingsgeluidje van de auto. In ieder geval was de accu leeg. Natuurlijk geen startkabels in de auto. Die lagen veilig in de garage thuis. Gelukkig bracht een clublid, dat nota bene op de fiets was, uitkomst. Zij had ze ook thuis liggen (dat kan als je op de fiets bent), maar woont heel dichtbij het zwembad, dus even de kabels opgehaald. Dan ben je er nog niet. Mijn technische kennis bestond daaruit, dat ik na lang zoeken de klep van de auto openkreeg en het haakje vond waarmee ik hem vast kon zetten. Lidia had de auto vlak voor de mijne ook open gezet en daar stonden we. Geen accu´s te vinden.
Ik ben als fel antiroker nog nooit zo blij geweest met twee rokende waterpoloërs die buiten aan hun verslaving stonden toe te geven. Die wisten dat er een dekseltje op de accu zit. Die wisten ook dat de zwarte kabels op de min en de rode kabels op de plus gezet moesten worden. En die wisten ook dat op het dekseltje de plus stond aangegeven. En ja, dan weet ik zo maar uit mijzelf waar de min zit. De twee poloërs bleken ook nog echte heren, want zij hebben mijn auto weer opgeladen.
Er wordt binnen het bestuur van onze club geprobeerd zwemmers en waterpoloërs in clubhuis en zwemwater gezamenlijk aan activiteiten te laten deelnemen. Tot nu toe zonder enig resultaat. Waterpoloërs en zwemmers, dat gaat gewoon niet samen. En nu is dat ons, spontaan, dus wel gelukt op de parkeerplaats.
Ik ben veilig thuis gekomen en heb direct de startkabels in de achterbak gelegd. Nu weet ik tenminste zeker dat ik ze nooit meer nodig zal hebben, althans niet voor mijzelf.

1 opmerking:

Anoniem zei

Gelukkig is je eigen accu nog niet leeg.
R